De ondernemers van Wervershoof zijn al maanden bezig met de anderhalvemeterregel. Schermen, belijningen, stippen, posters, maximaal aantal klanten, en eenrichtingsverkeer zijn nieuwe elementen en begrippen voor de veiligheid in ons dorp. Het is passen en meten om dit voor klant en personeel te optimaliseren. De ondernemers, die met hun marktkraam op het Raadhuisplein staan, kunnen dit eenvoudig doen. In de open lucht is op het plein ruimte genoeg.
Meerdere dagen van de week maken zij hun opwachting om de klant hun koopwaar aan te bieden. Dorpsgenoten komen er graag, kijken wat er is, maken een praatje met de goedgemutste marktlui, kopen hun waar, begroeten andere Wervershovers, hebben tijd om in gesprek te gaan en gaan vervolgens naar de ‘vaste middenstand’ of huiswaarts. Een mooi oud tafereel, dat gelukkig nog bestaat, al is het nu dan op anderhalve meter.
Sandra Immen van Sandra’s plantjes staat vanaf 2014 elk voorjaar een aantal maanden met haar plantjes op het plein. “Ik sta hier vanaf de eerste week maart elke dinsdag en vandaag is de laatste keer. De vakantietijd komt er aan en dan wordt het wat minder. Ik ga de komende dinsdagen weer in mijn kas aan de Gedeputeerde Laanweg te Andijk aan het werk, Ik ben dan ook gewoon open. Op zich wel jammer, want het is hier erg gezellig. Ik zie veel bekenden en kan met een ieder wat bijkletsen en ik verkoop mijn eenjarige plantjes, want daar sta ik tenslotte voor. Ondanks de Coronatijd ging het best goed. Het is niet anders dan andere jaren geweest. Je hebt hier ook de ruimte. Op andere markten was dat anders, daar was het minder ruim. Op deze markt hier heerst altijd een goede sfeer en men wacht op de vereiste afstand keurig op zijn beurt.
Mijn vader zat vroeger in de planten, aan de Bangert te Andijk. Ik hielp hem vaak en ben min of meer blijven hangen. Vanaf 2010 sta ik op markten. Ik ben nu al weer een aantal jaren zelfstandig in het vak.” Slechts een paar meter verder, schuin aan de andere kant van het plein staat de kraam van Jaapies Ratatouille uit Andijk. Elke dinsdag en vrijdag staan Jaap en Maartje Buis hier met hun groenten en fruit. “De meiden eten de oren van mijn hoofd”, zegt een vrouw tegen hen. Zij slaat voor een dag groenten in. Een ander loopt langs en zegt dat hij vandaag niks nodig heeft. “Daar hadden we niet op gerekend”, grapt Jaap terug. Het echtpaar kijkt terug op een goede tijd. “De Coronatijd heeft ons niet in de weg gezeten. Het is een buitengebeuren met frisse lucht. Het is hier veilig. Wij hebben prachtig weer gehad en er kwamen meer mensen naar deze markt. Mensen hebben nu meer tijd en ontdekken hier ook weer de goede producten.”
Het is een kleurig geheel, de uitgestalde waar. Het ziet er allemaal prachtig uit. Op de vrachtwagen ontbreekt de naam van het bedrijf. “We hebben een nieuwe vrachtauto. Er zit een hele goede koeling in. De kwaliteit blijft nu nog beter. De naam staat binnenkort weer op de auto.” De klanten komen en gaan. Voor iedereen een praatje, de ene keer serieus, de andere keer met ‘n lach.
‘Extra belegen xxxx kaas, natuur gerijpt, razend lekker’ staat op een poster van de Bodegraafse kaasboer, kaaskenners sinds 1885.Een niet meer weg te denken kaashandel op de markt van Wervershoof. Hans Veldhuijzen: “Wij komen hier al vanaf 1978. Wij komen hier graag. Jullie zijn een plezierig volk, open, betrokken en iedereen praat met elkaar. Dat is voor ons hartstikke mooi. Het kan ook anders. Wij staan op 14 markten en overal is het weer anders. De Coronatijd begon hier wat paniekerig. Het was even wennen met die lijntjes op de grond en het plastic scherm tussen de klanten en ons. We verstonden elkaar minder goed. Maar sinds de versoepelingen gaat dat weer prima. Overigens hield men zich hier goed aan de regels, in steden is dat wel eens wat minder. Daar is ook minder ruimte dan hier.
De Coronatijd op zich is voor ons niet slecht geweest. Mensen bleven meer thuis, werkten thuis, dus at men meer kaas thuis dan in ‘n bedrijfskantine. Daar hadden we wat voordeel aan, maar ook weer niet overdreven, hoor. De crisis heeft op ons weinig invloed gehad. Mensen moeten gewoon eten.”
Frank Blaauwbroek heeft met zijn broer Ronald notenkramen, waarmee zij op de markt staan. Onder de naam Ronald’s notenkraam trekken zij vanuit Oostwoud het land door.
Frank: “Al vier jaar staan wij op het Raadhuisplein, eerst op zaterdag, maar sinds anderhalf jaar op vrijdag. De Coronatijd hebben wij redelijk doorstaan. We moesten uiteraard maatregelen nemen met voldoende afstand voor en achter de kraam. Er was meer aanloop, omdat veel mensen thuis waren. Mensen willen graag ergens heen en dan is een uitstapje naar het plein wel gezellig. De feestdagen vielen dit jaar ook nog eens gunstig uit met lange weekenden na de vrijdag. Heel anders is het op Texel. De toeristen kwamen daar maar niet. We hadden weinig klandizie. Ik hoop dat het met de versoepelingen weer beter wordt. Nee, dan is het hier beter toeven. Gezellig ook, die vrijdagen. Soms staan wij er niet, maar dan kan men wel terecht op de markt in Hoogkarspel. Daar staan wij ook op vrijdag.”
Gerard Bot.