“Het is echt leuk om te doen, maar ik wilde wat anders. Het is alleen maar schaatsen, de hele dag staat in het teken van de sport. Je moet er veel voor doen. Dat is niet erg, maar je moet er vooral veel voor laten. Ik wil mij maatschappelijk ontwikkelen en een baan en lekker op stap met vrienden en vriendinnen. Dus niet meer de hele dag de tunnel in van het schaatsen.” Aan het woord is Kelly Schouten uit Zwaagdijk, ondanks haar jonge leeftijd (26) al jarenlang een supertalent tussen de marathonschaatsers.
Het schaatsen begon al op de basisschool, net als veel kinderen op zaterdag mee met de bus voor de schaatslessen en het schaatsdiploma in Alkmaar, later Hoorn. “Mijn vader vond dat ik moest leren schaatsen. Ik ging ook skeeleren, eerst met mijn vader mee, later bij de club met vrienden en mijn broer Boy. Dat ging ook goed. Op mijn 14e skeelerde ik mijn eerst EK en werd prompt tweede op de puntenkoers, mijn eerste en enige individuele medaille. Op de relay won ik nog wel eens prijzen. Ik kreeg in die tijd ook het advies om te gaan schaatsen bij de trainingsgroep van STG Koggenland. Ik moest kiezen tussen handballen en schaatsen en skeeleren, toen werd het schaatsen en skeeleren. Toen de ijsbaan in Hoorn werd geopend konden wij vaker trainen en ontwikkelde ik mij sneller. Ik kwam in eerste instantie niet in de jeugdselecties voor het langebaanschaatsen, daarvoor kwam ik net tekort.”
Kelly kwam vervolgens op haar 15e bij het marathonschaatsen. Ze was eigenlijk nog te jong, maar mocht toch meedoen met de Zesbanenwedstrijd, de regionale marathon competitie. Dat ging wel goed. Zij won een paar sprints en verdiende daar wat mee. Naast het langebaanschaatsen pikte zij daarna af en toe een marathon mee. Bij de marathons ging het best goed. Ze legde zich meer op die tak van het schaatsen. Daarnaast deed ze nog mee in de skeelersport.
“Mijn nicht Irene Schouten zat toen al bij een schaatsploeg, Project 2018. Wanneer het uitkwam ging ik met haar mee naar marathonwedstrijden. Ik stopte met skeeleren en het langebaanschaatsen. Ik deed op een gegeven moment mee aan alle wedstrijden op de marathon. Dat marathonschaatsen lag me wel. In mijn allereerste wedstrijd werd ik negende. Dat verraste vooral mijzelf. Voor de wedstrijd sprak ik met Irene nog over lossen. In de jaren erna haalde ik meermaals het podium, drie keer op de hoogste trede. Mijn mooiste overwinning was in 2019 in Hoorn. Voor eigen publiek de eindsprint winnen, doet je wel wat extra’s.”
Kelly is altijd wel bij de voorsten te vinden. Ze schaatste bijna altijd voorin in het peloton. In 2019 werd zij weer herenigd met Irene bij Team Zaanlander, de sterkste ploeg van de schaatsers voor de lange afstand, met onder andere ook Marijke Groenewoud, Carien Kleinbeuker en Jorrit Bergsma, getraind door Jillert Anema.
“Een fantastisch team met sterke rijders. In dit nieuwe team leerde ik veel, vooral in tactisch en technisch opzicht. Altijd maar terug kijken en vragen waarom doe je dit of dat. Anema heeft een geweldig koersinzicht en goede trainingsschema’s. En de wedstrijden zijn altijd gericht op winnen. We gingen het ijs op om te winnen, punt uit. IJzersterk zijn wij. Maar ja, altijd maar schaatsen, ik zei het al, ik wil nu wat anders dan schaatsen. Ik stop er helemaal mee, want ik heb geen zin om mee te rijden voor de veertigste plaats.”
En natuurijs, hoe zit het daarmee? “Ik heb meegedaan aan marathonwedstrijden op natuurijs in het buitenland, waaronder de Weissensee. Maar dat deed ik minder graag dan rijden op kunstijs. Die natuurwedstrijden zijn erg lang, tot 200 kilometer. En eigenlijk vind ik dat niet veel aan. Uren lang schaatsen en pas op het einde wordt dat interessant. Op kunstijs is veel meer dynamiek, constant opletten, een goede positie kiezen en vaak spannend, althans, zo kijk ik er tegen aan. Ik vind het wel jammer dat ik nooit een NK op Nederlands natuurijs heb gereden. In mijn tijd is er geen NK in ons land geweest. Daarvoor ben ik net een jaar te laat begonnen.”
Vorig jaar behaalde Kelly haar master Transport en Supply Chain management (kort gezegd, proces optimalisatie in de richting logistiek). Zij verwacht binnenkort aan de slag te kunnen. En dan kan een ‘normaal’ leven beginnen. Maar helemaal geen sport? “Ik weet niet hoe ik verder ga in de sport. Misschien wel weer handballen. Maar ik verlaat de sport niet hoor. Ik geef skeelertraining aan het talententeam in Wervershoof en Medemblik. En ik zal ook nog regelmatig de racefiets pakken.”
Gerard Bot.