Op zondag 19 januari 2020 overleed de Onderdijker beeldhouwer Jan van Velzen. Hij was bij velen bekend als de schepper van onder meer ‘De Dijkwerker’ in Onderdijk en ‘De Beste Stuurlui’ aan het havenhoofd in Medemblik.
Zijn vader verbouwde kool, bieten, aardappels en tulpen, net als zo ongeveer de rest van het dorp. Jan was de tweede zoon in het gezin. Maar als kind al verlangde hij naar meer schoonheid dan alleen de zorgen van het bestaan.
Verwondering is de hoogste vorm van genieten
Jan was een goed observeerder. Zjjn sluimerende creativiteit kwam tot uiting in kleine geboetseerde beeldjes van aardewerk, waarin hij mensen en dieren uit zijn omgeving vastlegde. Observaties van honden bijvoorbeeld werden met veel gevoel voor humor in klei geboetseerd. Maar de dagelijkse gang van zijn leven werd vooral bepaald door een groeiend bloembollenbedrijf dat hij met zijn broers had opgericht. ‘Zonder strijd geen overwinning’, zei hij vaak, en dat ging zeker op voor zijn eigen leven. Misschien omdat er naast alle harde werk weinig plaats was voor schoonheid heeft hij perioden gehad met veel lichamelijke en geestelijke pijn, waaruit hij uiteindelijk als overwinnaar tevoorschijn kwam.
Groter werk
De ommekeer kwam begin jaren tachtig, toen hij gevraagd werd om een ontwerp te maken voor een groot bronzen beeld. Het werd De Dijkwerker, een spittende man die zijn schop diep in de grond steekt. Hij had verschillende schetsen gemaakt rond dit thema, maar hij koos voor de actieve pose boven de rustende, omdat het beter de strijd weergaf die de mensen in die tijd moesten leveren tegen de elementen.
Daarna kwam er een beeldje van Moeder en kind, een jonge vrouw die haar kind de eerste stappen leert. Hij had geprobeerd er iets van het enthousiasme en de onbevangenheid in te leggen van het kind dat een nieuwe weg aan het ontdekken is. De moeder vol blijheid, zorgzaamheid en geborgenheid, het kind nog wankel maar vol vertrouwen.
Bij De Beste Stuurlui in Medemblik wist hij precies wat hij wilde: de twee figuren van de oude en de jonge schipper zorgen voor interactie en daarmee veranderde ook de plek van eind-van- de-wereld naar uitzichtpunt over de einder.
Toen hij daarna gevraagd werd om een beeld te ontwerpen voor Paulus Potter bij het havenhoofd was de strijd minder makkelijk. Hoe breng je een schilder in beeld? Hij wilde het moment vangen waarop de jonge schilder aan het schetsen was, zodat er geen statisch object op het grasveld staat. Door een liggende geit aan de overzijde van het pad te plaatsen ontstaat er een spanningsboog die de aandacht vangt.
Ondertussen was Jan gegroeid als mens. Hij had zich verdiept in kunst en muziek, had reizen gemaakt en Indiase meesters ontmoet, en zijn eigen wijsheid was gegroeid. Hij had het vaak over de kunst van het verwonderen, het ontdekken van het schone in eenvoudige dingen en het kleine. Van ego kan dan geen sprake meer zijn.
Vandaar dan ook dat in het Zwaagdijkse beeld ‘Vrijheid’ ook Jans eigen bevrijding gevierd wordt: los van de zwaarte danst het meisje met de bal in het Westfriese landschap. “Het tintelt erover!’ zei hij over dit onderwerp, met pretlichtjes in de ogen.
Zijn laatste levensfase werd dan ook vooral ingekleurd door dankbaarheid. Ook in deze tijd van loslaten kwam hij nog met nieuwe ontdekkingen. “Dankbaarheid is de vrucht van al het zoeken’, vertrouwde hij ons nog toe, enkele weken voor hij op zijn grootste ontdekkingsreis ging.