Naar aanleiding van de ontwikkelingen rond zwembad de Zeehoek hebben we een gesprek gehad met voorzitter Gert Dingemans.
Al vóór de Raadsvergadering van 27 januari jongstleden had de politiek zich al uitgesproken voor handhaving van een overdekt openbaar zwembad in de gemeente Medemblik en werd waardering uitgesproken over de wijze waarop het bestuur van de Stichting Zwembad De Zeehoek het huidige zwembad exploiteert.
Het College moet nu uiterlijk 5 oktober aanstaande met een voorstel komen voor een nieuw te bouwen zwembad, renovatie of renovatie met uitbreiding van het bestaande zwembad (renovatie plus).
Even wat cijfertjes en getallen
Het huidige zwembad is bijna 30 jaar oud. In die periode zijn er bijna 3 miljoen bezoeken geweest en zijn zo’n 13.500 zwemdiploma’s uitgereikt. Het gebouw werd destijds gebouwd door de Gemeente Wervershoof en daarna, voor een bedrag, gelijk aan de bouwkosten, overgedragen aan de stichting. Dat overnamebedrag werd omgezet in een rentedragende lening die door de stichting in jaarlijkse termijnen wordt afgelost. In het huidige subsidiebedrag van € 205.000 per jaar is een bedrag begrepen van € 30.000 aan rente en aflossing. De subsidie voor het exploitatietekort bedraagt dus € 170.000. Vergelijk dat eens met omliggende zwembaden (2015): De Kloet (inclusief personeelskosten) € 500.000, Zwembad Enkhuizen € 668.000. De Waterhoorn ruim € 900.000 in 2011.
Het huidige zwembad heeft zijn technische leeftijd gehad, is al over de houdbaarheidsdatum. Dat komt tot uiting in de talrijke mankementen die zich de laatste tijd voordoen. De gevolgen daarvan, zoals reparaties en waterverlies tengevolge van lekkages, kosten niet alleen veel geld, maar hebbent ook nare gevolgen voor de bezoekers want het zwembad moest al eens gesloten worden wegens reparaties of omdat het water niet op tijd op de juiste temperatuur kon worden gebracht.
Zowel nieuwbouw als renovatie komt voor rekening van de stichting
In het rapport van het College, dat op 27 januari in de Raad werd besproken, staat dat nieuwbouw door en voor rekening van de stichting zo’n € 7.500.000 zou gaan kosten en een jaarlijkse gemeentelijk subsidie van zo’n € 400.000 nodig zal zijn. De jaarlijkse subsidie voor nieuwbouw (€ 400.000) en renovatie (€ 380.000) ontlopen elkaar niet zoveel blijkt uit het rapport van het College.
Net als nu het geval is, zou voor de financiering van nieuwbouw of renovatie (bij de gemeente bijvoorbeeld) een rentedragende lening kunnen worden afgesloten die in de loop van de jaren wordt afgelost.
Het is dus niet zo dat, naast de jaarlijkse subsidie óók de kosten van nieuwbouw voor rekening van de gemeente komen. Nieuwbouw of renovatie wordt door de stichting betaald. De gemeente verstrekt een jaarlijkse subsidie waaruit door de stichting, net als nu, rente en aflossing van de lening worden betaald. Bij renovatie blijft er echter een gebouw staan van 30 jaar oud, met verouderde technieken die nadelig zijn voor duurzaamheid/energie. Bovendien blijven de voorzieningen onveranderd (15 meter bad) terwijl met die voorzieningen nu al niet kan worden voldaan aan de vraag naar zwemwater/zwemactiviteiten.
Bij renovatie plus wordt het financieel nog weer een ander, niet voordeliger, verhaal. Hierbij wordt een nieuw bad aan het bestaande, gerenoveerde bad gebouwd Dan ontstaat over 10-15 jaar de situatie dat het oude gedeelte (dan inmiddels 40 jaar oud) vervangen moet worden en er dan wéér nieuwbouw aan oudbouw gekoppeld moet worden.
De stichting geeft dan ook de voorkeur aan nieuwbouw boven renovatie of renovatie plus.
Bij nieuwbouw kan een zwembad gerealiseerd worden dat door betere voorzieningen (zoals een 25 meter bad) voldoet aan de huidige en toekomstige behoefte op het gebied van gezondheid, sport en welzijn. Bovendien kan er beter ingespeeld worden op de strengere regelgeving die binnenkort gaat gelden en kan er duurzaam en energieneutraal gebouwd worden.
Het College heeft van de Raad ook de opdracht gekregen om, ingeval van nieuwbouw, met een voorstel te komen voor de meest geschikte locatie. De stichting is van mening dat een nieuw zwembad moet komen op de plaats die de beste exploitatiemogelijkheden biedt. Totdat anders aangetoond is, gaat de stichting ervan uit dat die locatie in Wervershoof is gelegen.
